Privégebruik ambtswoning (bijtelling pastorie predikant)
Voor een predikant die een pastorie bewoont en pseudo-ondernemer is (voor de situatie als pseudo-werknemer, oftewel: de opting-in regeling, lees hier), geldt het volgende: Hij is niet in loondienst en heeft als hoofdverblijf een pand dat hij ook gebruikt om in te werken. Hij telt dan een woningforfait op bij de opbrengsten uit overige werkzaamheden. Dit is het geval als de pastorie behoort tot het vermogen van de kerkelijke gemeente, of als de kerkelijke gemeente de woning voor de predikant huurt.
Het woningforfait (dit is de bijtelling waardevrij wonen/ bijtelling bewonen van een ambtswoning), is een percentage van de WOZ-waarde van het woningdeel. U berekent dit als volgt:
Bepaal de WOZ-waarde van het woongedeelte. (Bijvoorbeeld: het pand is voor de 90% uw woonhuis. Dan neemt u 90% van de totale WOZ-waarde). Vermenigvuldig de waarde van het woongedeelte met dit percentage. Woont u een deel van het jaar in een woning die tot het vermogen van de kerkelijke gemeente behoort? Dan berekent u voor de woning het woningforfait voor de periode dat u in het pand woonde. De bijtelling over de aangifte IB over:
- 2010 is: 1,3 %*
- 2011 is: 1,35 %*
- 2012 is: 1,4 %*
- 2013 is: 1,5 %*
- 2014 is: 1,7 %*
- 2015 is: 1,8 %*
- 2016 is: 1,85 %*
- 2017 is: 1,8 %*
- 2018 is: 1,75 %*
- 2019 is: 1,65 %*
- 2020 is: 1,55 %*
- 2021 is: 1,45 %*
- 2022 is: 1,35 %*
- 2023 is: 1,2 %*
- 2024 is: 1,2 %*
* (voor pastorieën tussen de € 75.001 en € 1.130.000); zie ook
Bij een pastorie met een WOZ waarde boven die € 1.130.000 kan het nuttig zijn om een overstap naar de opting-in regeling te onderzoeken.
Het kan ook zijn dat een kerkenraad of kerkvoogdij/ penningmeester deze zaak aan de orde stelt. Wij helpen ook kerkenraden met deze vraag. Bijvoorbeeld als een gemeente vacant is en er bezinning op de nieuwe financiële situatie plaatsvindt.